Wist je dat het gemiddelde wettelijk pensioen amper 61% is van je laatstverdiende loon? Als je je huidige levenstandaard wil behouden en blijven genieten van het leven, bouw je dan ook best een aanvullend pensioen op! Maar hoe doe je dat? Wij zetten een zestal manieren voor jou op een rijtje. Van pensioensparen over een beleggingsverzekering tot investeren in vastgoed.
1. Pensioensparen
Bij pensioensparen zijn er twee fiscale plafonds of maximumbedragen. Je spaart jaarlijks tot 1 020 of 1 310 euro in een pensioenspaarfonds of pensioenspaarverzekering en geniet een mooi fiscaal voordeel.
Eerste fiscaal plafond tot 1020 euro: belastingvermindering tot 306 euro
Op wat je stort tot 1 020 euro krijg je zowel bij een pensioenspaarfonds (bij de bank) als bij een pensioenspaarverzekering (bij een verzekeringsmaatschappij) 30% belastingvermindering. Met andere woorden, van de 1 020 euro die je spaart krijg je tot 306 euro terug via je belastingen.
Tweede fiscaal plafond van 1 020 tot 1 310 euro: belastingvermindering tot 327,5 euro
Stort je meer dan 1 020 euro tot maximum 1 310 euro? Dan geniet je 25% belastingvermindering of betaal je dus tot 327,5 euro minder aan belastingen.
Gegarandeerd rendement en mogelijkse winstdeelname of een hoger potentieel rendement
Naast dit mooie fiscale voordeel, geniet je natuurlijk nog een rendement. Bij een pensioenspaarverzekering, kan je kiezen voor een tak-21 verzekering de meest veilige formule. Deze bied je een gegarandeerd rendement aangevuld met een eventuele winstdeelname. Als de maatschappij waarbij je klant bent winst maakt en die met je deelt, geniet je extra rendement. Of je gaat voor een tak-23 verzekering waarbij je belegt in fondsen en kans maakt op een hoger rendement. Bij bepaalde verzekeraars kan je zelfs beide pensioenverzekeringen combineren in éénzelfde contract. Bij een bancair pensioenspaarfonds hangt je rendement zoals bij de tak-23 verzekering af van de prestaties van de financiële markten en neem je dus meer risico.
2. Langetermijnsparen tot 2 450 euro sparen: tot 735 euro belastingvermindering
Nu het fiscaal voordeel voor de eigen woning in Brussel, Wallonië en Vlaanderen is weggevallen, is er extra ruimte in de fiscale korf ‘langetermijnsparen’ en wordt de pensioenformule langetermijnsparen almaar populairder om een aanvullend pensioen op te bouwen. Langetermijnsparen doe je altijd in een verzekering. Je kan kiezen voor een tak 21-verzekering (minder risico) of tak 23-verzekering (meer risico en een hoger potentieel rendement) of de combinatie van beide.
Op elke euro die je jaarlijks spaart, tot een absoluut maximum van 2 450 euro, geniet je een belastingvermindering van 30%. Het maximum dat je kan sparen is afhankelijk van je netto belastbaar beroepsinkomen en welk hypothecair krediet je al dan niet hebt lopen. Je verzekeraar helpt je dan ook graag bepalen hoeveel je kan sparen en welk fiscaal voordeel je kan genieten. Dit kan maximaal oplopen tot 735 euro.
3. Zelf sparen en beleggen: bij de bank of via je verzekeraar
Je kan zelf geld opzijzetten op een spaarrekening bij de bank of beleggen in aandelen, obligaties of beleggingsfondsen om je pensioen aan te vullen. Sparen of beleggen kan je niet alleen bij de bank, maar ook bij een verzekeraar. In dat geval spreken we over een spaar-of beleggingsverzekering. Sommige verzekeringsproducten combineren zelfs sparen en beleggen in een spaar-en beleggingsverzekering waardoor je het beste van beide hebt: zekerheid qua opbrengst wanneer je kiest voor een spaarverzekering (tak 21-verzekering) want deze biedt je een gegarandeerde rentevoet en mogelijke winstdeelname maar kans op een nog hoger rendement als je ook gaat voor een beleggingsverzekering (tak 23-verzekering). Hoeveel belasting je betaalt, hangt af van hoe hoog je rendement is en welke spaar- of beleggingsformule je kiest.
4. Aanvullend pensioen opbouwen via je werkgever: groepsverzekering of VAPW?
Heb je een groepsverzekering? Dan ben je bij de gelukkigen. Zo bouw je immers op initiatief van en via je werkgever een aanvullend pensioen op. Soms geniet je extra bescherming dankzij een aanvullende dekking arbeidsongeschiktheid of zijn je nabestaanden beschermd met een aanvullende dekking overlijden. Meestal beslist je werkgever hierover, al kan je soms als werknemer beslissen via je cafetariaplan of en welke extra dekkingen je kiest.
Heb je geen groepsverzekering? Niet getreurd, er is een alternatief: het ‘VAPW’. Dit is het ‘Vrij Aanvullend Pensioen voor Werknemers’ een aanvullende pensioenformule voor werknemers die geen of een beperkte groepsverzekering hebben waarbij jij het initiatief moet nemen om via je werkgever een bijkomend pensioen op te bouwen. Het VAPW werd gelanceerd in 2019 en is dus bij velen nog onbekend en dus ook onbemind. Het VAPW biedt een onmiddellijke belastingvermindering van 30%, via een verminderde bedrijfsvoorheffing. Een VAPW-bijdrage van bv. 100 euro kost je als werknemer zo slechts 70 euro.
Wist je dat je werkgever je wettelijk gezien niet kan weigeren je deze aanvullende pensioenoplossing aan te bieden, als je slechts een beperkte of geen groepsverzekering hebt? In deze informatienota vind je meer info over het VAPW voor je werkgever en zijn sociaal secretariaat om je aanvraag zo vlot mogelijk te laten verlopen.
5. Investeren in vastgoed
Een appartement of huis kopen dankzij een voorschot op je groepsverzekering of IPT
Om dat extraatje op te bouwen voor je pensioen kan je rechtstreeks in vastgoed investeren door zelf een huis of een appartement te kopen.
Je bent nog niet met pensioen, maar hebt al een mooi aantal jaren gespaard in je groepsverzekering of IPT (pensioenoplossing voor zelfstandigen in een vennootschap)? Je hebt je oog laten vallen op een mooi huis of handelspand, maar hebt onvoldoende geld opzij staan om het te kopen? Wist je dat je een voorschot kan nemen op je groepsverzekering of IPT om jouw droom van een eigen huis of zaak mee te financieren en zo dat aanvullend pensioen op te bouwen?
Meer info bij je verzekeringstussenpersoon.
Zelfstandige? Lees meer over de aanvullende pensioenoplossingen voor zelfstandigen.
Vastgoedcertificaten of gereglementeerde vastgoedvennootschappen
Onrechtstreeks in vastgoed investeren kan je via vastgoedcertificaten of door te investeren in gereglementeerde vastgoedvennootschappen (GVV):
- Vastgoedcertificaten geven recht op een deel van de huurinkomsten en de verkoopopbrengst van de gebouwen die met de uitgifte van die certificaten werden gefinancierd.
- Een gereglementeerde vastgoedvennootschap (GVV) is een beursgenoteerde onderneming die in verschillende gebouwen investeert, zodat de risico's gespreid zijn. Als je een aandeel van een GVV koopt, krijg je in principe jaarlijks een dividend of winst die een onderneming aan haar aandeelhouders uitkeert. Dit dividend kan in de vorm van geld of aandelen worden betaald.
6. Werken na(ast) je pensioen
Uit een enquête van Nestor, het uitzendkantoor voor vijftigplussers en gepensioneerden, blijkt dat werken na het pensioen steeds populairder wordt. Je kan er dan ook zoals zoveel gepensioneerden bewust voor kiezen om te (blijven) werken na je pensioen.
Ben je minstens 65 jaar bij pensionering of heb je bij pensionering een loopbaan van minstens 45 jaar? Dan mag je zonder beperking bijverdienen. Bijverdienen heeft dan geen impact meer op je pensioen. Ben je zelfstandige? Bekijk dan zeker hoe je kan blijven werken én een aanvullend pensioen opbouwen.